Psalms 2


Op de dag van het oordeel
zullen zij niet veilig zijn,
zij kunnen dan immers niet standhouden
te midden van Gods trouwe volgelingen!

1 Want de Here
leidt de wegen van zijn volgelingen,
terwijl de weg van de goddelozen
rechtstreeks naar de afgrond voert.

2
3Wat zijn de ongelovige volken toch dwaas
om tegen de Here op te staan!
Het is onbegrijpelijk dat deze mensen proberen
God te slim af te zijn!

4 De machthebbers van deze wereld
hebben hun hoofden bijeengestoken
en de leiders
spannen samen tegen de Here en zijn gezalfde.

5 ‘Kom op,’ zeggen zij,
‘laten wij onze boeien verbreken
en onszelf bevrijden uit deze slavernij van God.’

6 Maar God in de hemel lacht wanneer Hij hen hoort.
De Here bespot hun dwaze plannen.

7 Hij zal hen in zijn toorn aanspreken.
Zij zullen van angst voor Hem ineenkrimpen.

8 ‘Dit is de Koning die Ik heb aangesteld,’
verklaart de Here dan,
‘en Ik heb Hem in Jeruzalem, mijn heilige stad,
een troon gegeven.’

9 De Uitverkorene van de Here antwoordt vervolgens:
‘Ik zal de eeuwige bedoeling van de Here bekendmaken,
want Hij heeft tegen Mij gezegd:
“Jij bent mijn Zoon,
Ik heb Je vandaag het leven gegeven.

10 Vraag Mij wat Je wilt
en Ik zal Je alle volken in bezit geven.

11 Heers over hen met een ijzeren vuist,
verbrijzel hen alsof het potten van aardewerk zijn.” ’

12 Wees daarom verstandig,
koningen en heersers van deze aarde,
en luister nu het nog kan!
Copyright information for NldHTB